
Het Ritskebos
Onze collega Ivenne Mecking maakte weer een heerlijke wandeling door een van onze waterwingebieden. Dit keer door het Ritskebos.
De vierde provincie (na Gelderland, Overijssel en Utrecht) die ik voor Vitens bezoek is Friesland. Bij Burgum (Bergum) bevindt zich het 16 hectare grote waterwingebied Ritskebos. De route die daar is uitgezet staat te boek als ommetje. Met 4,1 km is de benaming wandeling misschien iets minder geschikt, maar wandelroutes mag je zelden afrekenen op hun lengte. Vanaf het Observeum (de sterrenwacht) loop ik langs een aantal villa’s en boerderijen naar de Ritskeloane, het beginpunt van de route.
Het verkeer laat zich hier nauwelijks zien, dus heb ik rustig de tijd om even te kijken bij een stalletje met huisvlijt. Naast de zelfgekweekte groenten zie ik gebakken aardewerk. De klei zal echter niet bij het Ritskebos vandaan komen: dat gebied werd vroeger juist gebruikt voor zandwinning. Het maakt dat het gebied iets lager ligt dan de omgeving. Het duurt niet lang voor ik het informatiepaneel van Vitens bereik en weet dat ik het juiste paadje ingelopen ben. Het weer is deze ochtend prachtig (zeker voor een nazomer) en daarom is mijn humeur ook al snel zonnig.
.jpg)
Natuurlijk verraadt de aanwezigheid van libellen eigenlijk al dat er hier ergens water verscholen is. Inderdaad, niet veel verderop maken de geelbruine halmen plaats voor een poel waarin en rond natuurlijk ook van alles leeft. Het relatief warme nazomerweer is, in combinatie met de vochtige ondergrond, ook ideaal voor paddenstoelen. Midden op het pad groeit er een gek exemplaar dat nog het meeste weg heeft van een geurig Frans kaasje. Het is een ruitjesbovist, een stuifzwam. Zoals deze soortnaam al doet vermoeden worden de sporen door een stuivende wolk verspreid.
Het laatste stuk van de route doet me denken aan mijn vorige wandeling die in het waterwingebied Soesterberg plaats vond. Ook hier zijn namelijk de prachtige paarse heideplanten te zien. Ze staan tussen de eikenbomen waarin hoog in de toppen een aantal mezen elkaar achterna zitten. Iets dichterbij de grond heeft een insect een uitgebreid dradenstelsel gespannen tussen de twijgen van de brem. Bloeien doet de struik in dit seizoen al lang niet meer, maar voor hen is hij toch nog steeds bijzonder nuttig.
Met het pompstation van Vitens in zicht doe ik nog een paar leuke waarnemingen. Een klein geaderd witje zit samen met een zweefvlieg te zonnen op een groot blad en niet veel verderop doet een bruinrode heidelibel hetzelfde. De vlaamse gaai die ik zie komt niet uit één van de vele aanwezige nestkasten gevlogen (gaaien bouwen liever hun eigen nest), maar zal nu ook niet bezig zijn met voortplanting, maar met het aanleggen van de wintervoorraad. De eerste eikels zijn dit jaar al gevallen, dus dat komt vast goed.

Niet iedere in de grond verstopte eikel wordt weer door hem teruggevonden, dus zo her en der komt er dan na verloop van tijd nog een eikenboompje bij. Bosbouw, maar dan anders. Nog net voordat ik het Ritskebos weer verlaat zet ik nog een tweetal fluweelzwammen op de foto. Dat ik tijdens het maken van de foto met mijn pols in een brandnetel tuimel neem ik dan maar voor lief. Even ergens het blad van de weegbree vandaan toveren (als balsem) en het laatste stuk van de route kan worden voltooid.
Dat kenmerkt zich door historie. Zo heeft er ten minste één klassieke waterwinput de tand des tijds doorstaan. ‘W.Put 14’ heeft nog het originele (hand geverfde) bordje. Karakteristiek. Wie weet hoe lang het er al staat. Van het voormalige jachtslot resten nog slechts de grachten. De rest werd 250 jaar geleden afgebroken. Via het ruiterpad verlaat ik het Ritskebos. Nog voor ik mijn camera in de tas laat glijden doet de natuur nog één toegift: de rups van een bont schaapje (een nachtvlinder), kruipt in rap tempo voor me langs. En ik? Ik ga de benen juist wat rust geven.
Word jij ook zo enthousiast van Ivennes verhaal? Ga er zelf op uit en bekijk al onze wandelroutes.